k had de hypetrein voorbij zien razen toen KPop Demon Hunters eind juni uit het niets op Netflix verscheen, maar ben zelf pas bekeerd nadat mijn oude vriend Bram obsessief campagne is gaan voeren enkele weken terug. Wel, B. Eerlijkheid dwingt me toe te geven dat ge overschat van gelijk had – net als zo’n slordige 250 miljoen abonnees overigens. Nooit gedacht dat een animatiefilm voor kinderen over een op-demonen-jagende girlband me zo veel deugd zou doen, maar kijk…
Het begint met een voice-over die vertelt dat de aarde door de eeuwen heen tegen zielvretende demonen is beschermd geweest dankzij de Honmoon, een soort magisch schild dat door de kracht van muziek in stand wordt gehouden. De huidige trio verantwoordelijk voor onze veiligheid is de gevierde KPop meidengroep Huntr/x. Ze staan op het punt een nieuwe single uit te brengen wat de aarde voor alweer een jaartje veilig zou moeten stellen, wanneer hoofdzangeres Rumi plots te maken krijgt met wispelturige stembanden. Enkele demonen zien hun kans schoon en infiltreren onze wereld vermomd als boyband genaamd Saja Boys om Huntr/x van hun troon te stoten en zo de Honmoon te vernietigen.
Het is een oerklassiek verhaal met een gekende structuur, maar de glamoureuze setting en aandoenlijke personages wiens kenmerken bij momenten anime-gewijs megalomane proporties aannemen, houden het allemaal erg fris. Bovendien is de visuele stijl een streling voor het oog (let bijvoorbeeld op de expressieve gezichtsuitdrukkingen of de texturen van hun kostuums en wapenarsenaal) en zorgt de blitse montage voor een duidelijk overzicht – in het bijzonder tijdens de gestileerde actiesequenties. Je kan Sony Pictures Animation weinig verwijten wat betreft het afgelikte uiterlijk van deze productie.
Maar hoe zit het met de inhoud, hoor ik u fronsend mijmeren. Wees gerust, ook daar is klaarblijkelijk voldoende aandacht aan besteed. Elke scène bouwt verstandig voort op de vorige waardoor je geleidelijk aan meer te weten komt over de (onder)wereld en de achtergrond van de hoofdpersonages. Zo is er onder andere een belangrijke onthulling die je als kijker redelijk vroeg te zien krijgt en dan later nog eens aan bod komt op het dieptepunt. Dat werkt uitstekend en schept een finale plaatje dat aanzienlijk dieper en gelaagder is dan je zou verwachten.
Ja, het is kleurrijke feel-good vertier zonder al te veel dreiging, vol humor en catchy deuntjes (die intro/outro van oorwurm Golden draait al enkele weken een onophoudelijke lus in mijn hoofd), maar met thema’s zoals schaamte en schuld, faam en verafgoding of nog geheimhouding en verraad zitten er toch ook wat minder vrolijke elementen in verweven. Ik denk aan opperdemon Gwi-Ma die als stemmetje in het hoofd van alle andere demonen aanstuurt naar wereldheerschappij. Of Jinu, de leider van de rivaliserende boyband, die gedreven wordt door een krachtige motivatie om de herinneringen aan zijn duister verleden te vergeten. Het komt hard aan allemaal.
Ogenschijnlijk om harmonie te bewaren deelt diezelfde Jinu een aantal scènes met Rumi die – hoe kan het ook anders – een vleugje romantiek doen vermoeden, maar zonder dat daar expliciet naar verwezen wordt – laat staan een uiterlijk vertoon van affectie voor nodig is. Het wiel wordt nooit heruitgevonden, maar hier en daar misschien toch wel geperfectioneerd.
Na de epische finale kan je ook niet anders dan met tranende ogen en een gebalde vuist in de lucht mee te kelen op de fenomenale soundtrack. Die staat overigens al enkele weken op repeat in ons huishouden.
We broke into a million pieces, and we can’t go back
But now I’m seeing all the beauty in the broken glass
The scars are part of me, darkness and harmony
My voice without the lies, this is what it sounds like
Kippenvel.